Pieter Lukassen en zijn vriendin Peggy Botden uit Langenboom waren onlangs op vakantie in Thailand. Daar bezochten zij op donderdag 11 augustus een verjaardagsfeestje in de NandG bar in Soi Bintabath, een drukke uitgaansstraat in Hua Hin.
“We waren rond 22.00 uur binnen. Een kwartier later hoorden we een luide knal. Ik kijk mijn vriendin aan en zeg: dit is geen vuurwerk, dit is niet goed.” Veel Thaise mensen gingen naar de plek van de knal, nog geen 50 tot 100 meter van Peggy en Pieter verwijderd. “Vervolgens klonk er een tweede knal. Het gebeurde allemaal om de hoek van de NandG bar. We hoorden de politie en mensen kwamen onze kant opgerend. Iedereen dook een barretje binnen. En de luiken gingen dicht.” Daar bleven ze zitten totdat de politie iedereen kwam vertellen dat men het centrum van Hua Hin moest verlaten.
Pieter: “Ik heb zelf geen gewonden of doden gezien, omdat wij niet naar de plek van de aanslag zijn gelopen. Met andere Nederlandere toeristen en expats in Hua Hin hebben wij de rest van de avond doorgebracht in Say Cheese, een Hotel, Restaurant met een Nederlandse eigenaar. Daar spraken wij een man uit Nijmegen die licht gewond was geraakt bij de aanslagen.” Deze vertelde: “Ik heb de mensen door de lucht zien vliegen.”
“Ik ben een nuchter iemand,” vertelt Pieter. “maar dit is wel erg beangstigend. De volgende ochtend hoorden we weer twee bommen afgaan. Dit niet ver van ons hotel, zo'n 100 meter. Bij de klokkentoren voor een Thaise tempel, aan de hoofdstraat. Uiteindelijk heeft de politie een aantal niet ontplofte bommen gevonden, allemaal in het centrum van Hua Hin.”
Pieter en Peggy gaan sinds 1990 naar Thailand. Alleen in de zuidelijke provincies van Thailand, die al langer worden geplaagd door terreuraanslagen, waagt hij zich niet. “Deze aanslagen gaan zeker van invloed zijn op mijn toekomstige reizen naar Thailand. Hua Hin leek erg veilig. De Thaise koning heeft hier een paleis. Je zou denken dat het daarom beter beschermd wordt. Maar niet dus.”
Helemaal wegblijven uit Hua Hin zullen Pieter en Peggy niet. Zij hebben daar een adoptiekind wonen waar zij voor zorgen.
