‘Heb je al een andere arts of tandarts?’ had ik hem al meermalen gevraagd. Het antwoord was meestal: nog geen tijd voor gehad. Of dat hij daar mee bezig was. En als ik pech had werd zijn antwoord begeleidt met de opmerking: maak je maar niet druk.
Nu is het niet zo dat ik me dagelijks met deze vraag bezig houd maar als je ondertussen een half jaar geleden verhuisd bent, lijkt het me niet overdreven om toch maar eens in te schrijven bij een huisartspost en tandarts. Ik weet nog goed dat de jongste zoon zich nooit overgeschreven had terwijl hij al jaren in Den Bosch woonde. Gelukkig heeft hij nu een vrouw dus die moet daar maar op letten. Over sommige zonen hoef ik me niet zo bezorgd te maken maar er zijn er ook twee die ik toch, zorgvuldig op de achtergrond, een beetje in de gaten moet houden. Want van te veel bemoeienissen houden ze uiteraard niet maar als ik me nergens tegen aan bemoei, dan gebeuren er ongelukken. Tenminste, dat zou kunnen?! Nu zou je kunnen zeggen dat een mens door schade en schande wijs moet worden en daar ben ik het meestal wel mee eens. Maar er zijn ook situaties waarin je je medemens best mag helpen totdat ze het uiteraard eens, laten we dit vooral niet vergeten, zelf kunnen. En bij sommige komt die tijd nooit denk ik weleens. Die hebben er nog een leven voor nodig.
Maar is dat ook niet het geval met voor jezelf opkomen, grenzen trekken, nee durven zeggen, niet zo angstig zijn, overal het kwade achter zoeken en ga zo maar door. Het blijft een gezoek en soms een gevecht met jezelf of je hebt overal lak aan natuurlijk. En of dat nu zo goed is? Wanneer is het wenselijk of je er goed aan doet om je kinderen, familie, vrienden kortom je medemens te helpen? De ene keer zal het gewaardeerd worden en de andere keer kun je je zelf wel voor de kop schieten, hoe stom je wel niet kunt zijn. Een ezel is er niets bij!
Afgelopen week vroeg mijn jongste zoon of ik donderdagavond thuis was. ‘Eet je mee?’ vroeg ik hem en dat wilde hij wel. Een dag later appte hij of zijn oudere broer mocht meekomen dan pikte hij die op in Cuijk. ‘Ja hoor, gezellig’ appte ik met de vraag of hij het aan hem doorgaf. ‘Heb ik al toegezegd’ antwoordde hij. Over bemoeien en bezorgd gesproken! Weer een dag later reageerde die zoon met de opmerking dan Daan bij hem onverwacht op visite kwam en of die dan ook kon mee-eten. Dan kwamen ze gezellig met zijn drieën. Mijn gezellige onderonsje met de jongste zoon veranderde in een bezoek waar de jongens, zeker weten, het hoogste woord zouden hebben. En als ik pech had was ik het mikpunt van grapjes waarbij oude koeien uit de sloot werden gehaald. Ik had dan in hun ogen zwaar geblunderd of wist iets niet van wat ze vroeger allemaal uitgespookt hadden. Uiteraard tot groot vermaak van hen want drie tegen een is...
Tot drie maal toe werd daardoor het menu wat ik in mijn hoofd had veranderd. De een eet geen vlees dus kip werd doorgestreept. Allemaal maar vegetarisch dan? Zou dat bij een ieder in goede aarde vallen of was eten bijzaak en zou de lol van elkaar weer eens zien de overhand hebben? Ik houd het bij het laatste dan hoef ik me ook niet meer bezorgd te maken over wat te eten. Als verassing hadden ze een paar prachtige foto’s meegebracht, zodat ik hen (streken) maar niet zou vergeten. Over bemoeien of bezorgd zijn gesproken.
Tilly Gerritsma