Als je in verband met de coronacrisis nog een schuld heeft openstaan bij de fiscus, moet je vanaf 1 oktober 2022 starten met het aflossen van die schuld. Daarvoor krijg je maximaal vijf jaar de tijd.
Voor sommige ondernemers weegt het aflossingsbedrag echter zo zwaar op de bedrijfsvoering dat er (te) weinig ruimte overblijft om te ondernemen. Daarom vragen verschillende ondernemers om die maximumtermijn van vijf jaar te verlengen. Het kabinet ging in eerste instantie niet mee in die oproep. Inmiddels heeft de Tweede Kamer een motie aangenomen die het kabinet opdraagt om onder voorwaarden toch een verlenging van de aflossingstermijn van vijf naar zeven jaar mogelijk te maken. Wie hiervoor in aanmerking komt, moet nog blijken. Er komt in elk geval geen algemene verlenging van de aflossingstermijn. Momenteel kunnen in de kern gezonde ondernemingen wel de maandelijkse aflossingsbedragen per kwartaal betalen in plaats van per maand. Daarnaast is het mogelijk om een incidentele betaalpauze (één keer gedurende maximaal drie maanden) aan te vragen. De bedragen die tijdens de pauze niet zijn betaald, telt de fiscus op bij de resterende termijnen en dus gaat het maandbedrag omhoog. De totale aflossingstermijn verandert hierdoor dus niet. Wil je hiervoor in aanmerking komen, dan moet je blijven voldoen aan uw nieuwe belastingverplichtingen. Daarnaast moet je schriftelijk verzoeken om de uitzonderingen toe te passen. Uit dat verzoek moet blijken dat er aflossingsproblemen zijn. Wat daarbij geldt als voldoende onderbouwing, heeft het kabinet (nog) niet ingevuld. De Belastingdienst zal zich vanaf 1 augustus 2022 tot 1 oktober 2023 ook soepeler opstellen bij het afspreken van saneringsakkoorden voor ondernemingen.
Peter Meulepas, administratie- en belastingconsulent te Mill.