Heb je door de liquidatie van jouw BV een verlies in box 2 van de inkomstenbelasting geleden, dan kun je daar fiscaal nog wel iets mee.
Dit verlies uit aanmerkelijk belang kun je namelijk verrekenen met:
- de winst uit aanmerkelijk belang van het voorafgaande jaar (de zogenoemde ‘carry back’); en
- de winst uit aanmerkelijk belang van de zes volgende kalenderjaren (de ‘carry forward’).
Daarmee wijkt de periode voor verliesverrekening in box 2 wel af van die in box 1. In box 1 mag je een verlies namelijk verrekenen tot drie boekjaren terug en negen boekjaren vooruit. Overigens zijn box 2-verliezen die zijn ontstaan vóór 2019 nog wel tot negen jaar vooruit te verrekenen. Verlies uit aanmerkelijk belang kun je alleen verrekenen met winsten uit aanmerkelijk belang. Maar door de opheffing van de BV heb je geen inkomen meer in box 2. Hierdoor is het in principe niet mogelijk om het ontstane verlies te verrekenen. Je kunt het verlies in de toekomst wel deels verrekenen door een verzoek te doen tot omzetting in een belastingkorting van het openstaande verlies. Deze korting is gelijk aan het tarief dat geldt in box 2, namelijk 26,9% (in 2023). Je moet het verzoekschrift sturen naar het kantoor van de Belastingdienst in jouw regio. De fiscus keurt jouw verzoek alleen goed als je in het kalenderjaar en het daaraan voorafgaande kalenderjaar geen aanmerkelijk belang (meer) had. De inspecteur stelt de hoogte van de belastingkorting vast in een beschikking. Je kunt de belastingkorting vervolgens verrekenen met de verschuldigde belasting in box 1, in het jaar van verzoek en eventueel in de daaropvolgende jaren als de verrekening niet in één keer kan.
Peter Meulepas, administratie- en belastingconsulent te Mill.