‘Zou jij de vlaggetjes en de banner mee kunnen nemen en even afgeven?’ vroeg een zwemmaatje van de reuma vereniging aan mij toen we aan de koffie zaten. Natuurlijk kon ik dat en de volgende ochtend fietste ik dan ook onder een heerlijk zonnetje naar mijn buurvrouw zwemmaatje. Want ook in het water zoekt ieder zijn eigen vaste plekje op zodat we allemaal vaste buren hebben.
‘Zal ik je opgeven als eregast?’ vroeg ze me, zelf nog midden in de chemokuur behandeling.
‘Jeetje! Is dat niet te veel van het goede?’ vroeg ik haar maar ze vertelde me dat ik een survival was ofwel iemand die het overleeft had. Tot zo ver wel ja en laten we hopen dat het zo blijft, dus eregast? Ik vond het echter ook wel interessant om een dergelijk groot evenement, waar alle neuzen een kant op wijzen, eens mee te maken. De eerste samenloop voor Hoop in Uden. Onder de ere gasten zaten mensen die nog in behandeling waren, uitbehandeld waren en mensen die hoopten dat ze er voorgoed vanaf waren.
Tachtig groepen deden mee met ieder een eigen vaandel. Vierentwintig uur lopen voor het goede doel om zoveel mogelijk geld op te halen voor onderzoek van kanker. Wat een samenwerking! En ik hoop dan dat ze het alternatieve, voeding, lichaam en geest ook meenemen in het onderzoek. Het was slecht weer dat weekend van 22 en 23 september, maar dat weerhield zeshonderd kinderen en hun begeleiders er niet van om ook bijna een haf uur mee te lopen. En wij, eregasten, mochten meelopen of werden verwend met allerlei workshops, massages en konden onze ervaringen delen. Het heeft er wel ingehakt dat weekend! Een op de vier mensen krijgt kanker hoorde ik. Daar wil je toch niet aan denken! Ik had dan ook de grootste moeite om dat mooie prachtige maar emotioneel gezien zware weekend uit mijn hoofd te zetten.
Gelukkig zijn er ook altijd leuke dingen in het leven en daar houd ik me dan ook mooi aan vast. Een van mijn zoons kreeg voor het eerst een eigen appartement. De jaren gespaarde spulletjes voor hem waren opeens zoek. Te ver weg verstopt op de zolder maar ik was zo blij als een kind toen we ze terug vonden. Op facebook zoeken naar tweedehands meubels werd een sport. En iedereen hielp mee om hem van de nodige spullen te voorzien. Oma, vrienden, zijn vader en broers, wat een prachtige samenwerking.
En als slagroom op de taart werd ons kleine meisje, mijn kleindochter Fenna, twee jaar. Onlangs was ik aan het koken toen ze bij me in de keuken kwam. ‘Duim, wijsvinger, middelvinger, ringvinger en… pink’ zei ze heel triomfantelijk. Pink werd met een luide uitroep en op hoge toonhoogte gezegd want dat was immers ‘het staartje’ ofwel het slotstuk van haar kennis van de hand. Een paar weken geleden had ik haar dit geleerd en ze kwam het me trots vertellen zo van: kijk oma, ik ben het nog niet vergeten. Dat hebben we toch mooi samen gedaan!
Ik moet opeens denken aan het liedje van Willeke Alberti: Samen zijn. Waarin samen lachen, samen huilen en samen zijn zo’n grote rol speelt. We kunnen het niet alleen, hebben andere mensen nodig om ons goed te voelen. Om iets voor hen te doen of wellicht iets van hen te krijgen of te mogen ontvangen. En we hebben de ander ook nodig zodat die ons kan wijzen op de blinde vlekken voor onze ogen, als we die weer eens niet zien. En ook om samen plezier te hebben, te lachen en te feesten. Laten we dat vooral niet vergeten. Samen het leven vieren, hoe moeilijk en lastig dat soms ook is.
Tilly Gerritsma