Joey Konings (21 april 1998) is vleugelaanvaller en centrumspits bij De Graafschap. Sinds 2020 is hij actief voor deze zogenoemde ‘Superboeren’. Hoewel veel jongeren dromen van een carrière als voetballer, lukt velen dat helaas niet. Maar Joey wel: “Ik heb er veel voor moeten laten maar ik heb er ook heel veel voor teruggekregen.” Tegenwoordig is Joey regelmatig in Mill te vinden. Dit omdat zijn vader en stiefmoeder hier wonen.
Joey is geboren en getogen in Schaijk. “Al vanaf mijn achtste zit ik in de topsport. Eerst zat ik bij DAW in Schaijk, toen een jaartje bij HVCH in Heesch, daarna een jaartje bij RKC Waalwijk en toen ben ik naar PSV gegaan waar ik tien jaar in de jeugd heb gezeten.” Joey vertelt dat bij jeugdwedstrijden vaak scouts van de grotere clubs komen kijken. “Op een gegeven moment kreeg ik een brief dat ik op stage mocht bij RKC. Bij een wedstrijd waar we als RKC tegen PSV speelden, was een scout van PSV aanwezig. In die wedstrijd scoorde ik vijf keer en de volgende dag ontving ik meteen een brief.” Op dat moment was Joey net tien jaar. “Drie keer per week kwam PSV me thuis met een busje ophalen om te gaan trainen in Eindhoven. ”
In november 2015 maakte Joey zijn debuut in het betaald voetbal voor Jong PSV. In 2018 maakte hij de overstap naar Heracles Almelo. Bij de eerste wedstrijd dat hij met Heracles tegen zijn oude werkgever speelde, gaf hij meteen een demonstratie van zijn kunnen. “Je speelt dan tegen je oude club in een vol Philipsstadion en dat motiveert je wel. Binnen 23 seconden was het raak en scoorde ik.” Als centrumspits in het beloftenelftal van Heracles Almelo werd hij in het seizoen 2018/19 gedeeld topscorer van de Reservecompetitie, nadat hij over twaalf wedstrijden in Poule A en de kampioenspoule twaalf doelpunten maakte. Sinds 2020 speelt Joey bij De Graafschap: “Ik heb het hier enorm naar mijn zin, maar we missen wel het publiek. Die geven je een extra boost.”
Voor jeugd die ook een carrière in het betaald voetbal ambieert heeft Joey nog een tip: “Je kunt er niet half voor gaan en denken: het komt wel. Je moet er hard voor werken, anders lukt het niet.”