Begin december vorig jaar werd ik op de hobbybeurs in De Wester in Mill aangesproken door Peter Klomp, die daar stond met zijn grote collectie bonsaiboompjes.
Hij zocht iemand, die voor hem een verhaal op papier kon zetten over een meisje uit Oostenrijk, dat na de Eerste Wereldoorlog een aantal malen bij zijn grootouders in Sint Hubert had verbleven om daar aan te sterken. Op zijn telefoon scrolde hij door een groot aantal oude foto’s en brieven heen, die zeker mijn aandacht trokken. De ouders van het meisje, Eugenie Boré genaamd, hadden veel brieven naar zijn opa en oma gestuurd om hun dankbaarheid te tonen en om hen op de hoogte te houden van hun leven in Wenen.
Een unieke verzameling, die een stukje geschiedenis levendig houdt.
Thuisgekomen ben ik eens op internet gaan zoeken naar de historische achtergrond van zijn verhaal en mijn enthousiasme werd alleen maar nog meer aangewakkerd.
Aan het begin van 2024 ben ik bij Peter in zijn woonplaats Wanroij op bezoek geweest om te kijken wat ik voor hem kan betekenen. Op tafel lag een map met paperassen, hoezen met oude foto’s en een doos met daarin, bleek later, maar liefst 58 enveloppen. In elke enveloppe zat de originele brief, de enveloppe waarin deze verzonden was en de vertaling van de brief. Daar zijn kennis van de Duitse taal meer dan voldoende is, had Peter al alle brieven zelf vertaald. Van sommige originele enveloppen, die net als de brieven vergeeld en beduimeld waren, waren de postzegels er vanaf geknipt. Waarom? Eén van de brieven zal later het antwoord geven.
Deze hele collectie was van tante Gina, een zus van zijn vader. Zij was de peettante van Peter en leefde van 1899 tot 1994. Zij had dit altijd bewaard en niemand wist van het bestaan af. Er werd in de familie ook nooit echt gesproken over het Weense meisje, behalve Joke, de zus van Peter, had er weleens iets over gehoord. De andere zus van Peter, Tina, vond alle spulletjes van tante Gina wel interessant. Na het overlijden van Gina doken de brieven bij het opruimen van het huis op en kwamen zij in het bezit van Tina. Toen zus Tina in 2018 overleed, hebben haar kinderen de spullen aan Joke overgedragen. Peter, Joke en hun broer Wiel besloten toen zich te gaan verdiepen in de verzameling brieven en foto’s en het verhaal er achter. Toen ze één keer bij elkaar gekomen waren, kwam helaas Wiel in februari 2021 te overlijden en waren de brieven even geen prioriteit. Maar de afgelopen 2 jaar heeft Peter zich intensief bezig gehouden met het doorspitten van de brieven en met het vinden van antwoorden op de vele vragen.
Het greep hem, hij raakte verstrikt in een wirwar van gegevens en namen en hij heeft diverse instanties geraadpleegd om het verhaal helder te krijgen. Kerk- en parochiebestuur van Mill en van Sint Hubert, Heemkundekringen Myllesheem en Heemschut Sint Huybert, het bisdom van Den Bosch, de Oostenrijkse ambassade, het tv-programma Spoorloos en het Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC). Via de Oostenrijkse ambassade kwam hij in contact met Peter Bakker, honorair consul van Oostenrijk en Carla van Os, die zich verdiept hebben in deze materie. Zij verwezen Peter naar het Van ‘t Lindenhoutmuseum in Nijmegen, waar vorig jaar een tentoonstelling was over Hongaarse kinderen, die na de Eerste Wereldoorlog in Nederland verbleven vanwege de grote armoede aldaar. Ook kwam Peter via hen in contact met Maria van Gils, de schrijfster van het boek “Het meisje uit Wenen” over haar moeder, die samen met honderden andere kinderen in 1922 naar Nederland kwam.
Peter wist niet waar te beginnen met vertellen, zoveel wist hij al en zoveel ook nog niet. En ook ik werd meegezogen in zijn enthousiasme en werd nieuwsgierig naar het meisje en haar familie. Hoe is het hen vergaan? Ergens op deze aardkloot moeten er toch nog nazaten van de familie Boré wonen. Wie zijn zij? En waar zijn zij? Het begin van een zoektocht.
Met het boek van Maria van Gils en een USB stick met alles wat Peter tot nu toe gedocumenteerd heeft, ben ik weer huiswaarts gegaan.
Lees volgende week hoe het verder gaat en over hoe beide families op afstand deelgenoot worden van elkaars leven in deel 2 van “Het Weense meisje” met als titel “De families Klomp en Boré”.
Bron en foto’s: Peter Klomp,
Tekst: Marja Verheijen,