We zijn de benedenverdieping aan het opknappen: muren texen, nieuwe vloer, nieuwe keuken. Na zo’n 30 jaar was alles ondanks goed onderhoud toch wel in verval geraakt en toe aan vernieuwing. Ik zou ook graag een nieuwe bank willen, want de oude vertoont toch wel enkele slijtageplekken. En laat ik het maar meteen eerlijk bekennen: eigenlijk vind ik het belangrijker dat een bank goed ligt dan dat ie goed zit. Zo, dat heb ik opgebiecht: ik lig graag op de bank.
In onze voortuin staat een sierbeuk en de afgelopen weken is het me opgevallen, dat als ik dus op die bewuste bank lag een fantastisch uitzicht had. Het zonlicht viel op het boompje en de doorzichtige blaadjes leken eerst fel geel en later helder oranje licht te geven. Vooral in de avondzon was dit een prachtig schouwspel van de herfst. Ook genoot ik van de grote eikenbomen in de bosrand aan de overkant van de straat. Soms dwarrelden de blaadjes als sneeuwvlokken naar beneden, hetgeen zo’n rustgevend gevoel gaf, dat ik nog eens extra onder mijn dekentje kroop.
Tot voor enkele jaren had ik helemaal niets met de herfst. Ik vond al die bladeren overal alleen maar een rommelige aanblik geven en ik zag altijd eerder allerlei tinten bruin van dor en dood blad dan dat ik de zo geroemde herfstkleuren ontwaarde.
Waarom ben ik dat tijdelijke en sterfelijke, die vergankelijkheid van de natuur in de loop van de jaren dan toch steeds meer gaan waarderen? En waarom ga ik steeds meer de schoonheid ervan inzien? Ja, daar kan ik allerlei filosofieën op los laten, maar ik ben nogal nuchter van aard.
Misschien heb ik zo rond mijn zestigste (toen pas?) wel ontdekt, dat alles vergankelijk is. En dat hoe naar en verdrietig dit soms ook kan zijn aan alles een einde komt en het een keer plaats moet maken voor iets nieuws. Als je alles waarvan je gelukkig wordt maar voor vanzelfsprekend neemt, dan geniet je er niet echt intens van. Juist als je er zo nu en dan even bij stil staat, dat alles tijdelijk en dus eindig is, dan pas geniet je van het feit, dat het er nog steeds wel is. Zo’n moment van bezinning kan best even confronterend zijn, maar daarna geniet je weer volop van datgene wat je koestert en graag wilt behouden, al vertoont het al sporen van de tijd. En klaar voor het moment, dat iets echt ophoudt, dat is niemand.
Zo, terug naar de grond, mijn nieuwe vloer, de keuken en de meubels.
Ook hier ben ik het verval en de vergankelijkheid van materiaal steeds meer op zijn waarde gaan schatten en waardeer ik een doorleefd tafelblad en oude afgebladderde verf, omdat ze iets te vertellen hebben en zo de echte schoonheid aan de oppervlakte komt.
Voor mij was er geen betere foto om deze column te illustreren als de prachtige foto van Willemien Manders. Zoals ze zelf zegt, zit de echte schoonheid van de lampionplant verborgen en wordt deze pas zichtbaar als de wonderlijke bloem in verval is geraakt.
Alles is vergankelijk, ook het jaar 2021. Er is bijna weer een jaar vergaan, het nieuwe jaar zit al in de knop en hopelijk verbergt het voor iedereen iets nieuws en iets moois. Vergeet niet het oude te respecteren en koester wat je hebt. Hmm, ik moet toch nog maar eens nadenken over de aanschaf van die nieuwe bank! Een wondermooi 2022 gewenst!
Rest mij alleen nog de vraag: wat koester jij wat je al hebt?
Marja Verheijen