De feestdagen liggen weer achter ons en we hebben een heel nieuw jaar om naar uit te kijken. Het kerstdiner (of meerdere) achter de kiezen, het champagneglas tot de laatste druppel leeg en de kerstboom weer afgetuigd.
Ook alle andere kerstdecoratie ligt weer netjes in dozen opgeborgen op zolder en de stofzuiger doet zijn uiterste best om de huiskamer van de laatste hardnekkige dennennaalden te ontdoen.
De Hema heeft alle schoonmaakartikelen in de aanbieding om ons te stimuleren om de boel maar eens grondig aan te pakken nu alles weer op zijn normale plek staat.
Ik herinner me van vroeger, dat de voorjaarsschoonmaak toch wat later in het jaar viel, want iedereen wilde namelijk zijn huis op zijn Paasbest in orde hebben. Mijn ouders hielden nog echt zo’n grote schoonmaak. Alle matrassen en beddengoed werden buiten gelucht en alles werd “spic & span” geboend en geschrobd. Ik ben bang, dat zo’n grote poetsbeurt van het huis inmiddels tot het culturele erfgoed van ons land behoort en slechts weinigen deze traditie nog voortzetten.
Onze ouders hielden van opgeruimd, schoon en netjes en wij, hun 3 dochters, zijn daar duidelijk erfelijk mee belast. Ons Kaat verlaat het huis niet zonder eerst gestofzuigd te hebben en ook ik hou absoluut niet van rommel. Ons Nel heeft haar kamer eveneens altijd netjes in orde. Vroeger, toen ze nog thuis woonde, had ze bijvoorbeeld de TV-gids, de zakdoek om de bril te poetsen, de 3 afstandsbedieningen (TV en videorecorders) netjes naast elkaar op een rijtje op de salontafel liggen. Onze mannen en later ook onze zonen vonden het een sport om deze benodigdheden helemaal door de war te gooien, waarna ons Nel het na enig gevloek weer goed legde.
Een opgeruimd huis, een opgeruimd hoofd. Voor mij geldt die slogan echt. Ik heb het liefst alle spullen netjes gerangschikt in mandjes in de kasten opgeborgen en …… “Hallo, de Smurf!” O ja, jullie zullen je wel afvragen waarom dit verhaal “De Smurf” heet.
In ons huis zul je zelden rommel zien liggen, maar er is één ding, wat overal mag rondslingeren van mij en nota bene ook nog geoorloofd is vies en vuil te zijn. De Smurf heeft die status al vanaf het begin en ik heb hem nog nooit echt opgeruimd. Wel ooit gewassen, als er een geurtje omheen begon te hangen. De Smurf is namelijk de nestknuffel van ons hondje Kwiebus, die ze 10 jaar geleden uit het nest heeft mee gekregen, zodat ze niet meteen losgerukt werd van de nestgeur. Ze heeft als puppie het label eraf gesabbeld, maar verder is ze altijd met respect omgegaan met haar knuffel. De afgevreten oren staan op het account van Dippy en Kwispel, de twee hondenvriendjes van onze kleindochter Lente, die wel eens op bezoek komen.
Ik word door mijn schoondochter weleens de “draadjesoma” genoemd, omdat ik het niet goed kan hebben, als er draadjes aan kleding hangen. In zo’n geval pak ik direct de schaar en wordt zo’n loshangend draadje afgeknipt. Ook bij de Smurf hangen nogal wat losse eindjes aan, maar daar heb ik geenszins moeite mee.
Zo nu en dan krijgt de Smurf het te verduren als Kwiebus een dolle bui heeft. Dan grijpt ze het blauwe wezentje in haar bek en schudt vele malen met haar hoofd hard op en neer, waarna de Smurf weer ergens anders in huis belandt. En hoewel zo’n beetje alles in ons huis een vaste plek heeft, mag de Smurf zijn hoe en waar ie is.
Een privilege! Alles voor ons hondje Kwiebus!
Rest mij alleen nog de vraag: ben jij hoe en waar je wilt zijn?
Marja Verheijen,