Afgelopen weekend reikte ik een Koninklijke Onderscheiding uit aan dirigent Geert Verhallen van het Stadskoor Grave. Hij dirigeert dit koor al 12,5 jaar. Maar dat niet alleen. Hij is ook een begenadigd componist, arrangeur, pianist en organist.

Die talenten zet hij op vele manieren in. Zo geeft hij al twintig jaar muziekles aan een jongen met een verstandelijke beperking, speelt hij een centrale rol bij parochies en kerkkoren, is hij bestuurslid bij muzikale verenigingen en geeft hij ondersteuning en muzikaal advies bij bijvoorbeeld carnavalsactiviteiten. 

Aan de uitreiking van een lintje gaat heel veel werk vooraf. De aanvrager moet heel veel gedetailleerde informatie aanleveren. Dat kost tijd en energie. Als alle informatie compleet is worden er zes stappen doorlopen. Mijn medewerker doet een eerste beoordeling van de aanvraag en daarna schrijf ik een advies of iemand een lintje verdient. Of iemand in aanmerking komt hangt van vele zaken af. Het moet gaan om een bijzondere prestatie of prijzenswaardig gedrag gedurende vele jaren, ten dienste van de samenleving. En hij of zij moet een voorbeeld zijn voor anderen en van onbesproken gedrag zijn. De derde stap is een advies door de Commissaris van de Koning. Vervolgens bekijkt het Kapittel voor de Civiele Orden op basis van deze adviezen of de kandidaat in aanmerking komt voor een onderscheiding. Daarna volgen de twee laatste stappen: het voorbereiden van het Koninklijk Besluit door de minister en het ondertekenen ervan door de Koning. Deze laatste stappen zijn bijna altijd een formaliteit. Tot een week geleden, toen minister Faber weigerde om een handtekening te zetten onder lintjesaanvragen voor mensen die vluchtelingen helpen. Dit zou indruisen tegen haar beleid. Gekker moet het niet worden. Gelukkig waren de minister-president en de minister van Binnenlandse Zaken wel bereid om tekenen. 

Het is respectloos dat het toekennen van lintjes wordt bezoedeld met politieke inmenging. Stel je toch voor dat ik een hekel zou hebben aan orgelmuziek. Of dat ik dirigeren aan kerkkoren haaks zou vinden staan op mijn beleid. En dus negatief zou hebben geadviseerd over het lintje voor de dirigent van het Stadskoor Grave. Zoiets ongehoords zou ik nooit op mijn geweten willen hebben. Het uitreiken van een lintje hoort te zijn wat het is: mooi, betekenisvol, verbindend en waarderend.

Burgemeester Marieke Moorman