Druk, druk... nou ja druk. Vergeleken met de tijd toen ik nog kleine kinderen had beweeg ik me als een slak. Maar goed, voor mijn gevoel had ik van alles en nog wat gedaan binnen in huis en ik moest nodig naar buiten. Even een rondje fietsen voor het avondeten.
Ik blijf het geweldig vinden dat ik zo dichtbij de bossen woon en dat we, wij Millenaren, in zo’n prachtige omgeving wonen. Geen van mijn zonen kan daar aan tippen hoewel zij hier wellicht een andere mening over hebben. Maar anderzijds ook andere interesse, dat doet de leeftijd, denk ik dan maar. Binnen een paar minuten fiets ik langs het peelkanaal en snuif de geuren en kleuren op en geniet simpelweg van de natuur. Ik zie eentjes, zwanen, een meerkoet? In ieder geval iets wat er op lijkt. Geen reiger deze keer en ook is er nergens een ree te zien. Als ik weer richting tongelaar fiets op het droge zandpad, zie ik een vrachtwagentje aankomen. Dit pad is toch afgesloten? Ik fiets langzaam en ga wijselijk aan de kant als de auto bijna bij me is, want er hangt toch een stofwolk achter. Het zal wel een boer of tuinder zijn want ik zie verschillende kale velden. Pompoenen zijn gerooid en ook het mais is grotendeels weg. Langs het kasteel komende zie ik dat het alweer feest is. ‘Alle dagen feest’ klopt een heel eind volgens mij. Feesten, vergaderingen en trouwpartijen, fijn dat het kasteel nu volop gebruikt wordt. Onlangs zat ik op het bankje en raakte in gesprek met een man uit Helmond. Hij was ‘de sporen van de oorlog’ aan het lopen en wilde wat meer van de omgeving zien. Bij het bordje: Kasteel Tongelaar, was hij nieuwsgierig geworden. Hij genoot volop van de prachtige omgeving en ik genoot van het onverwachte gesprek. Deze keer had een jongen op het bankje een stel bussen staan en ik vroeg of ik moest gooien? ‘Voor een euro’ riep hij maar ik had niets bij me en bovendien wist ik ook niet of er een prijs mee gemoeid was. En zo maar voor de lol, met het gevaar dat ik ze ook nog zelf op moet rapen, nou nee. Even later zag ik groepjes mensen lopen en die waren van alles aan het plukken? ‘Want zien jullie wat ik niet zie?’ vroeg ik aan het tweede groepje want ik was toch wel een beetje nieuwsgierig. Zou ik wat missen soms? Wat viel er te halen? ‘We moeten tien kruiden zoeken’ zei een mevrouw en liet me het lijstje zien. Aangezien ik geen bril op had zag ik natuurlijk niets maar ze vertelde me dat ze hop aan het plukken waren. Nooit geweten dat die daar stond en het blijkt ook nog een zeer interessant kruid te zijn. Uiteraard voor bier maar de Romeinen aten de jonge hopspruiten als asperges, las ik later op het internet. Je kunt het roken om in een roes te komen, het is een bedwelmend middel, een drug. Het heeft behalve hypnotiserende ook geneeskrachtige eigenschappen. Jeetje, en dat allemaal langs de kant van de weg bij Tongelaar. Ik hoop nu, nadat ik dit gedeeld heb, dat er geen hordes mensen gaan zoeken want anders is er van het geneeskrachtige kruid hop en wie weet wat er nog allemaal meer staat, niet veel meer over. Naar huis fietsend genoot ik van wellicht het laatste mooie zomerweekend. De herfst komt eraan, ik zie het aan de bomen. Met een laatste opleving geven de blaadjes een prachtige kleur. Hoe mooi als daar dan net de zon op wil schijnen. Het was een heerlijk rondje en ik hoop dat er nog vele mooie rondjes zullen volgen.
Tilly Gerritsma