Leven is een eeuwige durende stroom van verandering, van evolutie. En dat geldt ook voor mijn muziekkeuze. Muziek die ik vroeger nog net niet verafschuwde maar wel nauwelijks kon aanhoren, tja, je raadt het al, daar loop ik nu mee weg.

Op dit moment heb ik mijn maatje gevonden in Dimash Qudaibergen. Hij is pas dertig, zingt vijftien talen en heeft een absoluut gehoor. Een vocaal bereik met een capaciteit van zeven octaven en een halve toon, volgens Wikipedia. Wat betreft muziek heeft hij niet voor puur opera gekozen maar allerlei soorten stijlen. Dimash is geboren in Kazachstan en dat land is sinds 33 jaar een onafhankelijke republiek. Eerder viel dit onder Rusland. 

Mijn schoondochter is Russisch dus die vindt het prachtig dat ik zijn muziek erg waardeer. Als hij ooit naar Myllesweerd komt of in onze kerk komt zingen, tja dan ben ik erbij en zit als het even kan…op de eerste rij. Maar wellicht zijn er in de stroom des levens dan ook wel weer andere muziekstijlen die dan mijn aandacht vragen, je weet maar nooit.

Als mijn zoon later verwonderd opkijkt dat mijn muziekstijl zo veranderd ofwel zo verruimd is, vertel ik hem dat wellicht een vorig leven naar boven is komen drijven. Want hoe kan het anders dat ik honderd tachtig graden gedraaid ben. Tja, ik ben iets rustiger geworden en ook wat meer berustend. Neem of heb nu wellicht wat meer tijd en wordt niet meer zo overheerst door de dagelijkse beslommeringen, wie zal het zeggen?

Afgelopen week besloot ik naar een oud VVV-collega te gaan, Truus Olçay waar ik altijd een goede band mee heb gehouden. Zo af en toe waai ik eens binnen en drinken we gezellig een kopje Turkse thee. Er kan maanden tussen zitten voordat we elkaar weer eens zien en spreken. Tot mijn verbazing, ik ga altijd achterom, zag ik dat de vitrage boven op een van de slaapkamers eraf was. Voordat ik hier verder over na kon denken zag ik dat de lamp in de keuken aanwas. Ha gelukkig, ze was thuis. Ze zou wel in de keuken zitten of wellicht in de serre want het was zo’n mooi weer. Toen ik de poort opendeed zag ik dat er schilders in haar huis bezig waren. Verbouwereerd deed ik de poort weer dicht om hem een paar minuten later toch weer te openen. ‘Woonde de oudere mevrouw hier niet meer’ vroeg ik, het antwoord al wetende. Natuurlijk ze was al op gevorderde leeftijd en had al vaker slecht gelegen maar toch. Ze was altijd zo vitaal geweest van lichaam en geest. Ze was zo ‘bij de tijd’ gebleven en we hadden vaak ervaringen uitgewisseld hoe bijvoorbeeld voorlichting of les te geven. Hoewel ik ‘de dood’ niet zie als dood maar als een overgang schrok ik toch. Toen ik later bemerkte dat ze rond de tijd van mijn ex-man was overleden vond ik dat een mooie gedachte. Samen stonden ze aan de hemelpoort, een nieuwe ofwel andere fase tegenmoet. Geen wonder dat ik er niets van had meegekregen want ook wij hebben als gezin nog steeds te maken met de nasleep van het overlijden van mijn ex. De meer dan tweeduizend lp’s, de singeltjes en cd’s worden opgeruimd. Het ‘sund om weg te gooien’ is naar de lood- en oud ijzerboer vertrokken. Het huis staat te koop en staat op een voor de liefhebber, zeer gewilde plek dus zal wel zo weg zijn. Wat blijft zijn de vele mooie liefdevolle en dankbare herinneringen die mijn zonen van hun vader hebben. En dat zijn voor mij dan weer genietmomentjes die ik eenieder van harte gun. Tenslotte hebben we als vader en moeder, naar kunnen en vermogen ons best gedaan, meer kunnen we niet doen.

Tilly Gerritsma, Mill